Een gezonde lever

Functies van de lever

Ontgifting
Ons lichaam krijgt dagelijks te maken met schadelijke stoffen. Bijvoorbeeld
door stoffen die we inademen of die we met onze voeding binnenkrijgen.
Maar ook door roken, alcoholgebruik en gebruik van medicijnen komen
schadelijke stoffen ons lichaam binnen.
Daarnaast kunnen bij de stofwisseling producten ontstaan die schadelijk zijn voor het lichaam. De lever
neemt deze “giftige” stoffen op uit het bloed, en maakt ze onschadelijk. De lever doet dit door de
schadelijke stoffen te binden aan een bepaald eiwit: glucuronzuur. Of door de schadelijke stoffen van
structuur (opbouw) te veranderen, waardoor ze o
nschadelijk worden. De onschadelijk gemaakte
stoffen worden vervolgens met de galvloeistof of urine uit het lichaam verwijderd.

Koolhydraatstofwisseling
Bij de vertering van voedsel komen suikers zoals glucose vrij. Deze suikers worden via het bloed naar d
e
lever getransporteerd. De lever slaat suiker, dat we niet direct nodig hebben, op in de levercellen als
glycogeen (zetmeel). Een gezonde lever bevat altijd veel glycogeen. Wanneer we behoefte hebben
aan extra suikers, zet de lever glycogeen weer om in gl
ucose. Dit gebeurt bijvoorbeeld tijdens
inspanning en sporten. Glucose wordt vervolgens afgegeven aan het bloed, wat energie levert om te
bewegen. Op die manier speelt de lever een belangrijke rol bij het constant houden van de
bloedsuikerspiegel.

Eiwitstofwisseling
Bij de vertering van eiwitten in de dunne darm ontstaan aminozuren. Deze worden via het bloed naar
de lever getransporteerd. De lever kan van deze aminozuren nieuwe, bruikbare eiwitten vormen. De
bruikbare eiwitten geeft de lever af aan het bloe
d, dat de eiwitten door het lichaam verspreid. Eiwitten
zijn bijvoorbeeld belangrijk bij de opbouw van spierweefsel.
Daarnaast worden in de lever een aantal belangrijke bloedeiwitten gevormd; onder andere globuline,
dat een belangrijke rol speelt bij de
afweer tegen ziekteverwekkers.
En protrombine, dat een rol speelt
bij de bloedstolling.

Vetstofwisseling
In de dunne darm vindt de vertering van vetten plaats. Hierbij ontstaan vetzuren. Deze vetzuren worden
via het bloed naar de lever getransporteerd. De
lever verandert de vetzuren van structuur.
Zogenaamde verzadigde vetten verandert de lever in onverzadigde vetten. Deze zijn beter bruikbaar
voor de stofwisseling. Onverzadigde vetten kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden als brandstof, of
omgezet worden in
lichaamsvet.

Vorming van gal
Levercellen produceren galvloeistof. Via de galwegen wordt de galvloeistof naar de galblaas
getransporteerd. Als we vet eten, trekt de galblaas samen. Hierdoor wordt galvloeistof afgegeven aan
de dunne darm. De galvloeistof is
daar nodig voor een goede vertering van vetten.

Opslagfunctie
In de levercellen kunnen allerlei stoffen opgeslagen worden. Bijvoorbeeld glycogeen, zoals hierboven
bij ‘koolhydraatstofwisseling’ te lezen is. Ook vetten, aminozuren, vitamines en metalen z
oals ijzer en koper kunnen in de levercellen worden opgeslagen, totdat het lichaam ze nodig heeft.

In balans brengen van de lever
Je kunt je lever
ontlasten door je eet en leefstijl gewoonten aan te
passen. Met een gezonde lever ben je meer in balans, zorgt voor een goede immuniteit, een goed
gewicht en een ontspannen gevoel.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Ik heb de privacyverklaring gelezen en ga akkoord.